Laatste update op 24 juni 2021
Als coach en trainer beschik je over een goed gevulde gereedschapskist. Die zit vol met theorieën en modellen. Je kent ze wel: NLP, transactionele analyse, lichaamsgericht werken, de dramadriehoek, noem maar op. Daarnaast, in een ander vakje, liggen de werkvormen die daarbij horen. Ik heb er nooit genoeg, want ik lever graag maatwerk en iedere coachee of groep is anders.
Gereedschap verzamelen
Een deel van de werkvormen waar ik graag mee werk heb ik uit mijn opleiding meegenomen. Gaandeweg wordt je gereedschapskist aangevuld met wat je zoal op je pad tegenkomt en waar collega’s graag mee werken. Als ik zelf naar een training ga, leer ik vaak ook mooie werkvormen kennen. Die neem ik dan mee en maak ik op maat voor eigen gebruik.
Het leuke van dit soort gereedschappen is dat ze niet slijten als iemand anders ze gebruikt. Daarom ben ik dol op het uitwisselen van werkvormen: je eigen arsenaal groeit erdoor en jouw persoonlijke gereedschap kan goud zijn voor iemand anders.
Gespecialiseerd gereedschap passend maken
In mijn kist zit een apart vak voor werkvormen die ik zelf ontwikkeld heb. Dit zijn gespecialiseerde gereedschappen omdat ze geboren zijn uit mijn ervaringen als muzikant en schrijver. Mijn specifieke kennis op deze gebieden knoop ik aan de theorieën en modellen uit het vak dat ernaast ligt. Dan krijg je een werkvorm die mij past als een handschoen omdat ik de muzikant of schrijver in mij de vrije hand kan geven. Maar het feit dat dit gereedschap gespecialiseerd is en gebouwd voor mijn hand, betekent nog niet dat jij het niet zou kunnen gebruiken. Met een kleine aanpassing kun je het passend maken en er ook mee aan de slag gaan.
Daarom ga ik een paar van de werkvormen die ik zelf ontwikkeld heb voor je beschrijven en een handvat geven hoe je die zelf kunt toepassen.
In dit artikel neem ik je mee in de wereld van de metaforen. Daarvoor maak ik gebruik van een van de oudste verschijningsvormen van de metafoor: het sprookje.
Irritant gedrag te lijf met metaforen en relativeren
Je kent ze wel, die ongemaksmomenten waarop een collega, familielid of iemand uit je vriendenkring iets doet wat je mateloos irriteert. En het is niet de eerste keer dat dit gebeurt. Je probeert diplomatiek te reageren maar dat lukt maar half omdat je vanbinnen allang zit te sissen. Hoe ga je daarmee om?
Daar zijn wel honderd manieren voor, maar vandaag ga ik het hebben over het gebruik van metaforen en hoe die je kunnen helpen te relativeren. Metaforen zijn krachtige gereedschappen. Door datgene wat je irriteert of dwars zit te bekijken door de bril van een metafoor, schep je voor jezelf de nodige afstand. Door iets irritants of een heikel punt te verpakken in een metafoor, wordt het ineens een stuk gemakkelijker om te relativeren. Als je relativeert, plaats je zaken in perspectief. Je verlegt je focus en je zoomt uit. Dat haalt de druk eraf. Maar waar haal je zo gauw een metafoor vandaan?
Gelukkig zijn metaforen zo oud als de wereld. Ze zijn zo diep verweven in onze cultuur en taal dat we ze vaak niet eens opmerken. Maar ze liggen voor het oprapen. In dagelijkse gesprekken over wat ons zoal bezig houdt, hoor je nogal eens termijn voorbij komen als “de prins op het witte paard” of “een heks van een mens” of “je bent een reus als je dit voor elkaar krijgt”. Dit zijn metaforen die uit de sprookjeswereld komen en die zich een plek hebben verworven in ons taalgebruik. Het sprookje is een van de oudste verschijningsvormen van de metafoor.
Welke plek hebben sprookjes in mijn leven?
Zelf ben ik dol op sprookjes. Als kind las ik ze graag, heerlijk om bij weg te dromen. Als volwassene begon ik zelf sprookjes te schrijven. Soms ter vermaak of om voor te lezen aan mijn zoon, maar vaker om situaties die mij ergerden of thema’s die mij bezig hielden van een afstand te bekijken. Om te relativeren dus eigenlijk. Dat werkte helend: iets wat mij in het echte leven irriteerde, was ineens veel minder vervelend en zelfs vermakelijk als ik het in uitvergrote vorm in een sprookje teruglas. Zeker als er een forse dosis humor aan het verhaal was toegevoegd. Ik maakte mijn reactie in het sprookje veel adequater dan in het echt, want ik was immers zelf de schepper van het verhaal. Vaak genoeg merkte ik dat het verhaal een richting naar de oplossing in het echte leven in zich droeg. Dat was niet zo vreemd, want metaforen verhalend inzetten om met de ergernissen om te leren gaan, maakt je tot je eigen verteller, luisteraar en leermeester.
Een voorbeeld uit de praktijk
Ik werkte in opdracht van een man die, netjes gezegd, niet zo prettig in de omgang was. Er was nauwelijks ruimte voor dialoog en meedenken werd niet gewaardeerd. Als ik een verbetersuggestie wilde doen, deed hij uitspraken als “Je bent hier om te werken, niet om te praten”. Op een dag presteerde hij het om een stapeltje dossiers waar ik die dag iets mee moest doen voor mijn voeten op de grond te gooien. Hij betitelde zichzelf regelmatig als succesvol en aantrekkelijk en kon aan geen spiegel voorbijlopen zonder ervoor te blijven staan en er een tijdje in te staren. Door zijn gedrag voelde ik mij behoorlijk geremd, gefrustreerd en ontkend in mijn professionaliteit. Bij wijze van afreageren schreef ik het sprookje De spiegelprins. Het gaat over een verwende prins die zichzelf geweldig vindt en iedereen in zijn omgeving heel onprettig behandelt. Als zich een probleem in zijn leven voordoet, verschijnt er een jongedame ten tonele die zich op kernachtige wijze teweer stelt tegen zijn gedrag. Onnodig te vermelden dat het met de prins in dit verhaal niet goed afloopt.
Als dit voorbeeld je nieuwsgierig maakt en je hebt even tijd, luister dan naar het sprookje. Het staat in drie korte delen op mijn website. Deel 1 vind je hier De spiegelprins, deel 1
Hoe werk ik ermee?
In de loop der jaren heb ik een flinke verzameling sprookjes en vertellingen geschreven, allemaal boordevol metaforen over dingen die op mijn pad zijn gekomen. In mijn verhalen kom je types tegen als pleasers, ambitiejagers, goedzakken, zoekers, angsthazen en thema’s als acceptatie, gezien worden, rouwverwerking, sterfelijkheid en mindfulness.
In mijn coaching en training grijp ik hier nogal eens naar. Ik gebruik deze verhalen als metaforen om gedrag en situaties te spiegelen en deze vanuit een fantasievolle wereld te onderzoeken. Daarmee maak ik voor de coachee iets wat vervelend is lichtvoetig, bijna leuk.
Voor het werken ermee gebruik ik twee varianten.
De metafoor om de deur naar het gesprek te openen
In deze variant pak ik er een sprookje bij dat past bij de coachvraag of het thema dat op dat moment speelt. Ik laat het lezen of lees het voor en check of dit aansluit. Als dat zo is, ga ik aan de hand van de personages in het sprookje op zoek naar verbanden en parallellen in de wereld van de coachee. Hieronder een paar voorbeeldvragen.
- Wat voor effect heeft het personage in het sprookje op jou?
- Verschilt dat van de situatie in het echte leven?
- Welke eigenschap van de held in het verhaal maakt dat het sprookje goed afloopt?
- Wat voor effect heeft dat op jou?
- Wat kun jij doen om deze eigenschap in te zetten in de situatie in het echte leven?
Zelf stoeien met metaforen
In deze variant geef ik de coachee de opdracht om voor de volgende sessie zelf een sprookje te schrijven. Ik geef een paar basiselementen mee die erin moeten zitten, met voorbeelden.
- Context: een land, streek of plaats waar het verhaal zich afspeelt. Dit mag op de huidige situatie lijken, maar kan ook iets compleet anders zijn.
- Personage die het problematische gedrag vertegenwoordigt: afhankelijk van het uit te beelden gedrag kun je denken aan koningen, prinsessen, draken, heksen, reuzen, weeskinderen.
- De held: deze gaat het probleem kernachtig aanpakken en kan allerlei vormen hebben. Het kan een mens of sprookjesfiguur zoals hierboven zijn, maar dat hoeft niet. Het mag ook een dier zijn of betoverd voorwerp zijn. Belangrijk is dat de held eigenschappen heeft die de coachee nodig heeft om het eigen vraagstuk op te lossen.
Ik stimuleer de coachee vooral creatief te zijn en een dosis humor in het verhaal te verwerken. Aan de hand van het geschreven sprookje ga ik in de volgende sessie het gesprek aan zoals bij variant 1.
Het zal je verbazen hoe rijk en tegelijkertijd luchtig de gesprekken zijn als je met deze metaforen gaat stoeien. Het sprookje brengt herkenbaar gedrag op een lichtvoetige manier heel dichtbij en maakt het hanteerbaar.
Hoe kun jij ermee werken?
Ook al schrijf je zelf geen sprookjes en verhalen, de wereld is er vol mee. In je boekenkast staat vast wel een exemplaar van de sprookjes van Grimm of Andersen. Of anders vind je ze wel in de bibliotheek of op internet. Maak een lijst van types en thema’s die je in je praktijk veel tegenkomt. Pak de sprookjes erbij en zoek bij ieder type en thema een personage of verhaal dat erbij past.
Als je dat gedaan hebt, kun je gewoon de varianten gebruiken die ik hierboven beschreven heb.
Als je je lijst verder wilt aanvullen of meer eigentijdse sprookjes aan je repertoire wilt toevoegen, voeg mijn boek Sprookjes voor kleine en grote kinderen dan toe aan je gereedschapskist.
Simpel toch! Ga er maar eens mee aan de slag en zie hoe het werkt. Succes!
Ik ben benieuwd naar je ervaringen. Laat me weten hoe het bij jou werkt!
Angeline Schoor
Da Capo Coaching